We zijn geboren dromers. Misschien kunnen we zelfs in de baarmoeder dromen, maar zeker weten we dat we veel van onze kindertijd dromend doorbrengen. Ongeveer 65% van de slaap van pasgeboren baby’s wordt in de Remslaap doorgebracht. De fase waarin we de meeste dromen krijgen en onthouden.
1- Baby dromen
Hoewel het onmogelijk is precies de inhoud van dromen van baby’s te leren kennen, is het waarschijnlijk dat een groot deel van hun droominhoud opgewekt wordt door fysieke gewaarwordingen. De eerste maand na de geboorte spelen visuele (zien) en auditieve (horen) impressies een rol. Als kinderen oud genoeg zijn om hun droom onder woorden te brengen blijkt de inhoud voornamelijk een weerspiegeling van hun emoties te zijn.
Onderzoekers analyseerden honderden dromen van kinderen tussen de twee en twaalf jaar en kwamen tot de ontdekking dat de dromen van jonge meisjes langer duurden dan die van jongens. In de jongensdromen werden gedomineerd door dromen over techniek en voorwerpen. Meisjesdromen gingen meer over andere mensen en kleding.
Dieren nemen een belangrijke plaats in in de dromen van kinderen en de hoeveelheid enge beesten als leeuwen, beren en wolven is aanzienlijk groter dan niet enge dieren. De frequentie van deze beelden zou een afspiegeling zijn van de manier waarop kinderen een wensen en angsten vormgeven.
2- Agressie in kinderdromen
Kinderen blijken ongeveer 2 keer zo vaak met agressieve handelingen in hun droom te maken hebben als volwassenen. Soms is het kind de agressor, maar meestal het slachtoffer. Angst is dan ook de meest voorkomende emotie in hun dromen.
Dit kan duiden op problemen bij jonge kinderen om hun sterke sociale impulsen te integreren in de sociale orde en controle die volwassenen van hen eisen. De wildebeesten, monsters en boemannen in de kinderdroom blijken symbolisch te zijn voor hun innerlijk besef dat dergelijke impulsen onder de oppervlakte van hun bewuste gedrag op de loer liggen en los te kunnen breken wanneer de zelfcontrole ontspant.
3- De rol van autoriteit
Volgens de psychoanalytische theorie kunnen boemannen in kinderdromen behalve kenmerkende aspecten van de dromer zelf, ook ouders en andere invloedrijke volwassenen symboliseren.
Een jong kind vindt het moeilijk de liefdevolle, verzorgende aspecten van zijn ouders in overeenstemming te brengen met hun rol als bewaker van discipline en respect.
Heksen en wolven zijn manieren om de bestraffende rol uit te beelden, terwijl de eigen agressie van het kind tegen de ouderlijke symbolen in dromen de wens kan symboliseren verlost te worden van de overheersende macht die volwassenen uitoefenen.
Deze website maakt gebruik van “cookies” (tekstbestandjes die op uw computer worden geplaatst) om de website zo optimaal mogelijk te maken voor jou als gebruiker
Ga naar de privacy verklaring